Reviews D
Deus ex Machina - Cinque (2002)
Label: Cuneiform Records
Bandsite: www.cuneiformrecords.com
Duur: 70:32
Reviewer: JoJo
Waardering: @ (uit max. 5 JoJo's)
U kent dat wel. De hoop dat een album dat in eerste instantie tegenvalt zijn geheimen en kwaliteiten na meerdere laserbehandelingen prijsgeeft. Composities krijgen hun structuur, de teksten krijgen hun plaats en waarde, de melodielijnen worden herkend, de persoonlijke waardering stijgt en 'de muziek wordt van u'. De voorbeelden waarbij dit proces zich niet of onvolledig voltrekt kent u waarschijnlijk ook wel.
Wat mij betreft valt onder deze laatste categorie 'Cinque' van de in 1985 in Bologna geboren Italiaanse band Deus ex Machina. Het wilde en wil nog steeds maar niet lukken met dit album uit 2002. Dat wordt met name veroorzaakt door de zang van Alberto Piras. Hoewel Piras allerwegen wordt geroemd om zijn stem – gevormd door een gedegen conservatoriumopleiding – is zijn voordracht mijns inziens te dominant en theatraal, tegendraads ten opzichte van de partijen die zijn collega's spelen en te vaak 'a-tonisch'. Het past in ieder geval niet en als iets niet past valt het ook niet op zijn plaats. Daarnaast heeft men gekozen voor het schrijven en voordragen van een aantal teksten in het Latijn. Hoewel dit enigszins verklaarbaar is vanuit de culturele achtergrond van de heren en vanuit de naam van de band, erger ik mij aan dit soort pseudo-intellectuele en elitaire uitingen en ontgaat mij de toegevoegde waarde.
De vocale keuzes overschaduwen helaas de muziektechnische kwaliteit die wel degelijk schuilt in de uitvoering van de tracks. Er wordt namelijk zeer vaardig en smaakvol gemusiceerd – waarbij de geweldige hammond klanken en de viool opvallen - en ook de composities zijn voldoende tot goed. Het in een geweldige hoes gestoken album beslaat 8 tracks (los van de live ghost-tracks die na enige tijd in de uitloopgroef klinken) die kunnen worden gekarakteriseerd als een fusie tussen jazz-rock, progrock en avant garde waarbij namen als Gentle Giant, Landberk, Mahavishnu Orchestra en Jerry Goodman regelmatig door mijn hoofd schieten. Uitschieters zijn wat mij betreft het openingsnummer 'Wound'/'Convolutus' dat een mooie melodie kent, het funky en op breaks en ritmes à la Gentle Giant gefundeerde 'The Thought that Leads to the Important Things'/'Il Pensiero Che Porta Alle Cose Importanti' en het gedurfde en experimentele nummer 'The Theory of Order'/'De Ordinis Ratione'. 'Mooie' voorbeelden waarbij de zang een compositie teniet doet zijn de tracks 'The Man of the Past Future'/'Uomo del Futuro Passato' en 'One Day the Sun Asked the Earth'/'Olim Sol Rogavit Terrami'. Hier wordt de vraag 'Hoe kun je een op zichzelf sterk nummer de das omdoen met irritante zang?' afdoende beantwoord.
De naam 'Deus ex Machina' is Latijn voor 'een onverwachte verschijning van een god in een toneelstuk'. In een vrije vertaling wordt het ook gezien als een weliswaar onnatuurlijke maar gelukkige oplossing voor een probleem. 'Onnatuurlijk' is het voor mij zeker – met name door de zang – en 'gelukkig' zeker niet. De compositorische en technische kwaliteiten van de band ten spijt. Hoewel deze laatste kwaliteiten de beoordeling optrekken naar 'voldoende'.
JoJo (2003)
Bezetting:
Alessandro Bonetti - violins
Mauro Collina - guitars
Alberto Piras - vocals
Alessandro Porreca - bass
Fabrizio Puglisi - keyboards
Claudio Trotta - drums
Discografie:
Gladium Caeli (1991)
Deus Ex Machina (1992)
De Republica (1995)
Diacronie Metronomiche (1996)
Cinque (2001)